De kleuterklassen zijn veel te groot

De kleuterklassen zijn veel te groot

Ik maak me zorgen. Ik hoor het overal om me heen, kleuterklassen worden steeds groter. Ik heb zelf 30 kinderen in de klas, maar ik hoor nu zelfs van 50, met als enige ondersteuning een klassenassistent. De verantwoordelijkheid van kleuterleerkrachten is (veel te) groot. En dan heb ik het nog niet eens over het lessen voorbereiden, administratie bijwerken en rapporten schrijven. De kleuterklassen zijn veel te groot

De kleuterklassen zijn veel te groot

Ik heb 30 kinderen in mijn kleuterklas, dat vind ik al een pittige klus. Suzanne schreef over haar 32 kleuters en kreeg daar op de Facebookpagina veel reacties op. Er wordt zelfs gesproken van een xxl plofklas van 50 kleuters met hulp van een klassenassistent. Ik schrik daar behoorlijk van!

Lees ook: GROTE KLEUTERGROEPEN; HOE ZORG JE DAT JE IEDER KIND BLIJFT ZIEN?

Verantwoordelijkheid

We hebben de zorg over een heleboel jonge kinderen. Kinderen waarbij je echt nog wel moet checken of ze met de juiste persoon mee naar huis gaan. Kinderen waarvan je op het plein in de gaten moet houden of ze er nog zijn. Een heleboel kinderen waarbij je toch ook echt eens weg loopt, omdat je nou eenmaal ook moet plassen?

Veiligheid

Los van het wellicht moeilijke gedrag van sommige kinderen of het niet altijd kunnen ‘zien’ van alle leerlingen, vind ik het vooral niet veilig. Ik voel de druk van de verantwoordelijkheid steeds groter worden. Want wat hebben we een verantwoordelijkheid! Al die lieverds waar je echt goed op moet letten. We hebben het hier wel over jonge kinderen.

Hoe kun je van 50 kinderen controleren of ze door de juiste persoon opgehaald worden? Hoe zie je 50 kinderen tegelijkertijd op het plein? Hekken zijn vaak juist vanwege de veiligheid, want met brand moet je er snel uit kunnen, niet op slot. Maar die jonge kinderen kunnen er op deze manier wel zo uit.

En er zijn kinderen die weglopen tijdens het buitenspelen. Er zijn kinderen die per ongeluk met de verkeerde persoon meelopen, omdat hun eigen ouder wellicht wat laat is. Er zijn kinderen die zich als spelletje verstoppen, maar soms een beetje te goed. En ga je ze zoeken, dan laat je de andere 29, of dus zelfs 49 alleen.

Lees ook: WERKDRUK IN HET ONDERWIJS

Van kinderopvang naar school

Het is ook zo’n grote overgang. Op de peuterspeelzaal mogen maximaal 16 kinderen in een groep met, let op, twee begeleiders. En ook in de kinderopvang: een leidster op acht kinderen in de leeftijd van 3 tot en met 4. Zelfs bij de BSO mogen er vaak maar tien kinderen op een leidster in de groep zitten.

Waarom is dit zo’n verschil met het basisonderwijs?

Op de website van de Rijksoverheid staat:

De overheid schrijft niet voor hoeveel leerlingen er in een groep mogen zitten. Dat bepaalt de school van uw kind zelf. In 2015 was de gemiddelde groepsgrootte in het basisonderwijs 23,3 leerlingen, net als in 2013 en 2014.
In de wet staat wel hoeveel ruimte een leerling minstens nodig heeft. In het basisonderwijs is dit minimaal 3,5 m2 vloeroppervlakte per leerling.

De gemiddelde groepsgrootte van het basisonderwijs vind ik al discutabel, ik hoor alleen over grotere groepen. In het basisonderwijs ontvangen schoolbesturen 1 budget voor personeel en leermiddelen: de lumpsum van de overheid. Dus ik neem aan dat vooral de overheid ook wat kan doen aan de groepsgrootte.

Als ik het alleen heb over veiligheid, zou wat mij betreft er een maximum van 25 kleuters op een leerkracht moeten zijn.

Wat vind jij? 

Uitgelichte foto: Shutterstock