Innerlijke criticus loslaten

Innerlijke criticus loslaten

We kennen het allemaal, dat stemmetje dat tegen ons zegt dat we niet goed genoeg zijn. Niet genoeg ons best doen als leerkracht. Het zijn denkfouten die ons een slecht gevoel bezorgen. Hoe kun je die innerlijke criticus loslaten?

Iedereen herkent deze stem, dus ik ook. Mijn innerlijke criticus is wel een stuk milder geworden dan eerder in mijn carrière als leerkracht. Ik heb voor wat meer pittige groepen gestaan en vond dat ik dit allemaal moest kunnen. Ik eiste van mezelf dat ik de perfecte leerkracht was (ook al wist ik niet eens wat dat dan was). Ik mocht niet leren, ik moest het al zijn van mezelf. Dus als het dan niet zo lekker liep in de klas, ging dat stemmetje behoorlijk tekeer tegen me. Als ik dan opbouwende feedback kreeg, schreeuwde mijn innerlijke criticus tegen me dat ik nog beter mijn best moest doen. Maar ook de stem van het imposter syndroom kwam langs: “Zie je wel, je kunt er niets van. Ze halen je zo weg voor de klas, want iedereen ziet dat je het niet kunt.”

Waar komt de innerlijke criticus vandaan?

Het is niet altijd duidelijk waar de innerlijke criticus vandaan komt. Het kan de stem zijn van je ouders, maar ook andere volwassenen zoals je leraren. Zelfs medeleerlingen in je jeugd kunnen bepalen hoe je tegen jezelf praat. Soms kun je ook niet achterhalen waar die stem vandaan komt, maar hij is er. De innerlijke criticus heeft als functie om je goed te laten functioneren, in groepen bijvoorbeeld. Als kind hadden we goedkeuring van volwassenen zelfs nodig om te overleven. Sociale binding is voor ons als mens belangrijk om te overleven en dus ook om ons een voorstelling te maken wat de ander zou kunnen denken. We willen dat anderen positief over ons denken. Maar die stem kan enorm overheersen en je zelfvertrouwen naar beneden halen.

Je innerlijke criticus loslaten

Je kunt zelf je innerlijke criticus een andere stem geven. Een motiverende, positieve innerlijke stem vermindert angst en levert een betere focus op. Lees er hier meer over. Maar hoe herken je die stem dan? Het kan best lastig zijn om te weten wanneer de innerlijke criticus aan het woord is, omdat je er zo aan gewend bent geraakt. Maar vaak vul je in voor een ander en kun je het zo leren herkennen. “Anderen vinden me dom, lelijk of ze zien dat ik er niks van bak.” Dat weet je helemaal niet, daar zit je denkfout.

Nog zo’n denkfout: de toekomst negatief voorspellen, er zal wel iets slechts gebeuren. Ook dat weet je niet. Het helpt om te oefenen met het in het hier en nu blijven. Je leeft nu, je weet niets over de toekomst of hoe anderen over jou denken (tenzij ze dit aan je hebben verteld).

Voor mij helpt mediteren enorm. Ik doe een opleiding tot Mindfulness en compassie coach en bij de compassie leer je je innerlijke criticus te herkennen en tegen te gaan. Maar ook met mindfulness alleen bereik je dit al voor een groot deel. Je oefent namelijk met juist niet in de toekomst denken of zaken in te vullen. Maar je oefent met het in het hier en nu blijven en je gedachten te zien als wolkjes die voorbij drijven of filmbeelden die ook weer van het beeld verdwijnen. Je gedachten zijn je gedachten, ze zijn niet wie je bent, je leert ze objectief bekijken. In de cursus Werkdrukverlichting voor leerkrachten heb ik wat meditaties toegevoegd.

Praktische tips

  1. Vervang je negatieve gedachten door positieve. Zeg niet tegen jezelf wat je niet wilt, maar wat je wel wilt. Net als bij de kinderen in de klas ;).
  2. Vanuit onderzoek lijkt het te helpen als je jezelf aanspreekt met je voornaam, i.p.v. in de ik-vorm. “Maike, je kunt dit!” Je kan ook bedenken wat je beste vriend of vriendin tegen je zou zeggen.
  3. Je kunt je innerlijke criticus een naam geven, of er een figuurtje van maken. Ik noemde het een tijdje Jeroentje. Dan zei ik tegen hem: “Wegwezen Jeroentje, ik heb je nu niet nodig.” En dan gaf ik hem een schop. In mijn hoofd kan dat ;).