Wat zeggen de politieke partijen over het basisonderwijs?

Wat zeggen de politieke partijen over het basisonderwijs?

15 maart mogen we stemmen. Het onderwijs is belangrijk voor de maatschappij. Maar wat zeggen de politieke partijen over het basisonderwijs?

Wat zeggen de politieke partijen over het basisonderwijs?

Ik ben in de partijprogramma’s van de grotere partijen gedoken om boven tafel te krijgen wat de politieke partijen over het basisonderwijs zeggen. Ik geef geen advies, maar vat de ideeën van de partijen over het basisonderwijs samen. De partijen staan dus in willekeurige volgorde.

VVD

De VVD gaat voor het ontdekken van talenten. Het basisniveau voor rekenen en taal meegeven is de belangrijkste taak volgens de VVD. Naast deze basis krijgen scholen meer vrijheid om zelf vakken te kiezen. Toetsen, zoals de eindtoets en de rekentoets zijn leidend. Zo wordt het hoogste advies leidend, ook als dat van de eindtoets komt. De VVD wil de leerplicht verlagen, voor kinderen vanaf vier jaar.

Scholen die het goed doen, krijgen meer vrijheid. Scholen die zwak zijn, worden eerder gesloten. Thuisonderwijs is alleen onder strenge voorwaarden mogelijk.

Goede leraren kunnen een hoger salaris krijgen als ze het beste uit hun klas halen. De Pabo’s moeten verbeterd worden. Beginnende leraren moeten beter begeleid worden. In het lerarenregister wordt bijgehouden wat de leerkracht aan bijscholing doet, dit is verplicht.

Taalachterstanden bij kinderen moeten spelenderwijs weggewerkt worden.

Voor bepaalde vakken, zoals ICT, kunnen vakleerkrachten worden ingezet.

Verder wil de VVD strenge controle op passend onderwijs. Scholen zijn verplicht kinderen een individueel aanbod aan te bieden als dat nodig is.

Bron: site VVD 

PvdA

De PvdA wil dat scholen andere adviezen geven voor het middelbaar onderwijs. Er komen drie stromen: voorbereidend hoger onderwijs(havo, atheneum en gymnasium); voorbereidend beroepsonderwijs (de hogere vmbo-niveaus en havo) of voorbereidend vakonderwijs (de lagere vmbo-niveaus). Het schooladvies is leidend, tenzij de citoscore hoger uitvalt.

Het reguliere onderwijs moet zorgleerlingen zoveel mogelijk zelf opvangen. Als dat niet lukt, blijft goed speciaal onderwijs voorhanden. De taakverdeling tussen het reguliere basisonderwijs en de samenwerkingsverbanden wordt verder aangescherpt, zodat ouders zelf meer keuze hebben voor het passend onderwijs.

De PvdA wil ook meer geld voor scholen met veel leerlingen met achterstanden. Verder willen ze ook dat dorpsscholen blijven bestaan. En meer aandacht voor de kwaliteit van schoolgebouwen.

De lestaak van fulltime leerkrachten willen ze stapsgewijs terugbrengen naar maximaal 20 uur, zodat er meer tijd is voor de kwaliteit van hun lessen en in begeleiding van de kinderen.

Leerkrachten moeten goed zijn en daar ook netjes voor worden betaald, zonder er een prestatiebeloning aan te koppelen. Er moet wel meer ruimte komen in de cao’s om docenten doorgroeimogelijkheden te geven naar een hogere schaal.

Van leerkrachten wordt gevraagd zich blijvend te blijven scholen, zodat aan de voorwaarden van het lerarenregister wordt voldaan. De PvdA wil leerkrachten beter scholen in het omgaan met de verschillen in de klas.

Bron: site PvdA

CDA

In de kleuterperiode moeten kinderen kunnen spelen, geen verplichte toetsen of methodes. In de basisschoolperiode leren kinderen goed rekenen, lezen en schrijven. Kinderen moeten ook voorbereid worden op leven in de samenleving, waarden en normen moeten goed overgedragen worden.

Ze willen dat scholen meer mogelijkheden en middelen krijgen om maatwerk te bieden in het kader van passend onderwijs. Het belang van het kind staat centraal in het toewijzen van budgetten.

De vrijheid van onderwijs moet beschermd worden. Plannen van nieuwe scholen worden vooraf getoetst op hun bijdrage aan de ontwikkeling van kinderen, de integratie en burgerschap en of het onderwijs in overeenstemming is met de Nederlandse Grondwet en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens. De plannen van bestaande scholen kunnen ook getoetst worden.

Kinderen moeten naar een school in de buurt kunnen gaan. Er moeten meer conciërges komen, sterke ouderbetrokkenheid en inzet van vrijwilligers. Leerkrachten moeten zich kunnen richten op het verzorgen van lessen.

Het schooladvies van de leerkracht moet leidend zijn voor het vervolgonderwijs, niet de eindtoets.

Het CDA vindt de beste investering in de kwaliteit is te zorgen voor meer tijd, geld, aandacht én waardering voor de leraar.

Er komen aparte specialisaties op de Pabo voor het jonge en het oude kind. Er mag een selectie aan de poort zijn. De Wet Werk en Zekerheid moet voor het onderwijs worden aangepast.

Ouders en leerlingen moeten meer zeggenschap krijgen over hun onderwijs.

PVV

Het partijprogramma beslaat een A4, de volgende punten heb ik eruit kunnen halen.

  • Islamitische hoofddoekjes niet in publieke functies
  • Alle moskeeën en islamitische scholen dicht, verbod koran

Er wordt nog wel gezocht naar een beleidsmaker onderwijs. In de vacature staat “De opzet en inrichting van het onderwijs moet daarom in de eerste plaats ten dienste staan aan het ideaal van vrijheid, verheffing en emancipatie en aan het doorgeven van die westerse en Nederlandse waarden en cultuur aan volgende generaties.”

Bron: site PVV

D66

D66 staat voor kleinere klassen, niet meer dan 24 kinderen per klas. Ze willen leraren meer tijd, meer ruimte en meer vertrouwen geven om steeds beter te worden in hun vak en investeren hierin, minder bureaucratie dus.

Volgens D66 is voldoende begeleiding in de klas nodig om passend onderwijs tot een succes te maken. Ook moeten klassen kleiner worden gemaakt.
Er moet een oplossing komen voor thuiszitters.

D66 ziet toetsen als middel, geen doel, en heeft scherpe kritiek op de bestaande rekentoets.

Kosten voor management en huisvesting moeten worden beheerst en in sommige gevallen fors worden teruggebracht. Geld moet in de klas terecht komen.

D66 wil dat alle kinderen tussen twee en vier jaar oud het recht hebben op 16 uur vroege en voorschoolse educatie om taalachterstanden te voorkomen.

D66 wil op iedere basisschool een conciërge. Ze willen meer maatwerk voor achterstandsleerlingen en toptalenten, bijvoorbeeld via extra taal- en rekenlessen of alternatieve vakken. Ook gaan ze leerachterstanden tegen via het onderwijsachterstandenbudget, zomerscholen, pilots laaggeletterdheid en stimuleringsprogramma voorlezen. Net als taallessen voor alle vluchtelingen vanaf dag 1 regelen.

Bron: site D66

Groenlinks

De werkdruk voor leerkrachten in het basisonderwijs moet omlaag. Hiervoor moeten klassen kleiner worden en meer klassenassistenten aangenomen. Meer ondersteuning in de klas vanwege het passend onderwijs, eventueel ook in het speciaal onderwijs.
Groenlinks vindt het vreemd dat leerkrachten flink minder verdienen dan leraren in het voortgezet onderwijs. Daarom wil GroenLinks dat leraren makkelijker kunnen doorgroeien naar hogere salarisschalen, bijvoorbeeld leraren met veel ervaring, bepaalde specialismen of zich bezig houden met onderwijsvernieuwing.

Er komt landelijk één definitie van basiszorg dat de minimumondersteuning omschrijft die iedere school moet bieden.

Daar tegenover staat dat er een eind moet komen aan de grote groei aan speciale labeltjes bij kinderen.

GroenLinks wil ook de werkdruk in het onderwijs verminderen, door de regeldruk en de bureaucratie aan te pakken. Klassen worden kleiner en leraren hoeven minder lessen te geven.

Het beroep van leraar moet meer waardering krijgen en er moet een nationaal plan komen om het lerarentekort terug te dringen.

Groenlinks wil dat zoveel mogelijk scholen een brede school worden, met ook ruimte voor spel, sport, natuur en cultuur. Ze stimuleren de samenwerking van de kinderopvang, peuterspeelzaal, voorschoolse educatie en de brede school op één plek in kindcentra.

Groenlinks wil meer lerarenbeurzen, meer ondersteuning voor beginnende leraren en meer arbeidsplaatsen voor hoogopgeleide leraren. Ook krijgt de leraar weer zeggenschap over het onderwijs.

Bron: site Groenlinks. 

SP

De SP heeft de Nota Onderwijs als Emancipatiemotor ontwikkeld. Ze willen met extra investeringen meer leraren, kleinere klassen en minder werkdruk realiseren. De SP wilt investeren in goede leraren en de werkdruk verlagen, onder andere door kleinere klassen, een gemiddelde van 23 leerlingen. Ook willen ze stoppen met het vrij besteedbare budget voor schoolbesturen, zodat het geld direct bij de leerkrachten komt.

Leraren krijgen meer vertrouwen van de SP. Verplichte toetsen, eisen van de Inspectie en bureaucratie worden tot een minimum beperkt. De verplichte eindtoets wordt afgeschaft, scholen mogen zelf beslissen welke eindtoets ze afnemen.

Er wordt ingezet op extra ondersteuning, zoals conciërges en onderwijsassistenten.

De partij wil de segregatie tussen zwarte en witte scholen verminderen door leerlingen met achterstanden eerlijk over scholen te verdelen. Bijzondere scholen mogen geen leerlingen weigeren.

Op de Pabo’s moet het niveau van taal- en rekenen van studenten worden verhoogd. Bijvoorbeeld door een  ‘intaketoets’, een bijspijkerprogramma en een eindtoets na het eerste jaar.

De SP springt ook in de bres voor het speciaal onderwijs. Roemer vindt dat de Wet op passend onderwijs ervoor zorgt dat de meest kwetsbare leerlingen niet de zorg krijgen die ze verdienen.

Bron: site SP

50Plus

50Plus wil de klassen verkleinen en het aantal lesuren per leerkracht verminderen. De partij wil de indirecte taken verminderen, zodat er meer aandacht voor de leerling is. De positie, de beloning en het gezag van leerkrachten moet volgens de partij worden versterkt. En scholen moeten voldoende ondersteunend personeel hebben. Ze zijn geen voorstander van passend onderwijs. Over het bijzonder onderwijs wil de partij graag een publiek debat.

Bron: site 50Plus

Partij voor de dieren

Toegankelijkheid van het onderwijs is een kernwaarde volgens de Partij voor de dieren. De onderwerpen duurzaamheid, voedsel, natuur- en milieueducatie en dierenwelzijn worden een vast onderdeel van het lespakket.  Ook op de Pabo wordt hier adequaat aandacht aan besteed.

Er komen 100% biologische schoolkantines en overblijfmaaltijden. Vlees en andere dierlijke producten zijn hierbij de uitzondering.

De onderwijsinspectie controleert op het geven van voorlichting van LHBTI-diversiteit. Basisscholen worden verplicht om mediawijsheid te geven. Filosofie wordt ook onderdeel van het curriculum en er komt meer tijd voor  kunst en drama, schoolzwemmen en sportlessen.

Scholen worden gestimuleerd om een schooltuin in te richten, zodat kinderen zelf voedsel kunnen telen.

De rekentoets wordt afgeschaft, scholen moeten afgerekend worden op de ontwikkeling van de leerlingen, niet op cijfers. Alle menselijke vermogens moeten ontplooid worden.

Er komt meer autonomie voor leerkrachten, leerlingen en ouders bij het prioriteiten stellen. De klassen worden kleiner. Er moet meer geïnvesteerd worden in aangepaste lesprogramma’s, zodat minder kinderen thuis komen te zitten.

Er wordt toegeleefd naar het Finse model waarin alle basisschoolleerkrachten universitair geschoold zijn. Ze krijgen een opleiding en een passend salaris.

Bron: site Partij voor de dieren

Christenunie

De ChristenUnie staat voor vrijheid van het onderwijs. Iedereen heeft recht om zijn talenten te ontwikkelen. Het onderwijs moet iedereen gelijke kansen bieden. De ChristenUnie wil minder regels en meer ruimte voor scholen. Minder druk op rendement, meer ruimte voor ontplooiing en brede vorming. Ze willen meer geld voor professionele ontwikkeling binnen schoolteams. Ze investeren in scholen in krimpregio’s.

De invloed van de overheid op het onderwijs wordt kleiner, ouderbetrokkenheid wordt vergroot. De inspectie bewaakt de ondergrens, de inrichting van het onderwijs is aan de schoolgemeenschap.

Er wordt een rem op de focus op toetsen gezet. De eindtoets is niet meer dan een didactisch hulpmiddel voor de leerkracht. Er is geen kleutertoets meer.

Er komen meer meesters en leerkrachten uit minderheidsgroepen. De Pabo wordt beter ingericht voor vrouwen en mannen.

Passend onderwijs is belangrijk, alle kinderen hebben het recht om mee te doen. Er komt meer ruimte voor maatwerk voor kinderen met een beperking of chronische ziekte, bijvoorbeeld door lestijden aan te passen. Speciaal onderwijs blijft nodig en budgetten en regelingen worden eenvoudiger.

Er wordt geïnvesteerd in onderwijs aan leerlingen uit kansarme milieus en vluchtelingenkinderen.

Bron: site ChristenUnie

SGP

De SGP staat voor vrijheid van onderwijs. Voldoende ruimte voor het christelijk onderwijs is een fundamenteel uitgangspunt voor de SGP. Opvoeding is het recht en de verantwoordelijkheid van ouders. De overheid ziet erop toe dat het onderwijs deugdelijk is, ze moeten voldoen aan basale eisen. Scholen zijn verantwoordelijk voor de inrichting van hun onderwijs, de overheid bewaart hier enige afstand. De overheid benoemt dan ook niet wat excellent onderwijs is.

De overheid moet zorgen dat bestuurlijke schaalvergroting niet wordt bevorderd.

Scholen mogen personeel en leerlingen weigeren als dit in gaat tegen hun grondslag. Alle kinderen moeten onderwijs volgen, thuisonderwijs is hierbij toegestaan. Thuisonderwijs mag niet als je als ouder in woord en daad keert tegen de rechtstaat.

Als de leerkrachten goed opgeleid zijn, moeten ze verder losgelaten door de overheid. Lesgeven is hun vak. Het onderwijsprogramma moet tenminste twee kabinetsperiodes stabiel blijven. Scholen worden niet beoordeeld op groepsplannen, maar op het zorgaanbod. Geen verplichte kleutertoetsen of diagnostische toetsen. Scholen kiezen een eigen leerlingvolgsysteem.

Taal en rekenen moeten voldoende aangeboden worden, maar ook literatuur, culturele vorming en de geschiedenis (met het Christelijke geloof als prominente rol). Er moet ook onderwezen worden in omgaan met seksualiteit, liefde, trouw en een gezonde relatie. In de kerndoelen moet worden vastgelegd dat leerlingen kennis moeten hebben van de vormende invloed van het christelijk geloof op onze samenleving en rechtsorde. Net als het bespreekbaar maken van de Holocaust. Mediawijsheid moet ook voldoende aandacht krijgen, leren programmeren niet.

Er komt ondersteuning voor kinderen die moeite hebben met het lesaanbod.

Scholen moeten gestimuleerd worden om meer gebruik te maken van de ruimte om eigen lesmethoden te ontwikkelen.

Alle scholen krijgen een gratis exemplaar van de Statenvertaling.

Bron: site SGP

Uitgelichte foto: Shutterstock