Welke boodschap geven we mee aan onze kinderen?

Welke boodschap geven we mee aan onze kinderen?

Mijn begrijpend lezen verhaaltjes liggen regelmatig onder vuur. Dan schrijf ik een verhaaltje over poep, moet ik voor het tribunaal verschijnen, omdat ik een verhaaltje durf te schrijven over de Coronatest en nu heb ik lelijk geschreven over werkende moeders, foei! We liggen als leerkracht onder een vergrootglas, maar nog erger vind ik dat ieders gedrag onder een vergrootglas ligt. Met de boodschap: als je niet denkt of doet zoals ik, ben je fout. Welke boodschap geven we mee aan onze kinderen? Dat we geen fouten mogen maken? 

De boodschap is vaak: Wat ik doe is goed. Als jij precies zo doet als ik, ben je pas goed. Er is geen ruimte meer voor nuance, om fouten te maken, of gewoonweg anders te denken. En ik ben juist zo voor nuance en verbinding, in al onze verschillen.

Poe, jij bent slecht!

Laat ik eerst even aan jullie zien waar het laatste protest op mijn verhaaltjes om ging.

Ik vind de reactie nogal overtrokken. Ik zie mezelf als feminist die nu toevallig een verhaaltje schreef over één moeder die heel hard werkt. Ik zeg niks over alle moeders en werk zelf ook praktisch fulltime. Ik schrijf ook over liefdevolle moeders die alle ballen dondersgoed in de lucht weten te houden. Maar dit blog is niet bedoeld om mezelf te verdedigen. Want wellicht denk ik hier later wel anders over en verander ik het verhaaltje wel. Of niet.

Welke boodschap geven we mee aan onze kinderen?

Waar ik me zorgen om maak in deze maatschappij is de boodschap die we meegeven aan onze kinderen. We zeggen: je moet heel erg opletten wat je zegt. Je moet woke zijn, 24/7. EN JE MAG ABSOLUUT GEEN FOUTEN MAKEN.

Nou zie ik mezelf als progressief. Ben voor liefde voor iedereen, tegen racisme en verander met liefde als veel mensen ergens last van hebben.

En ik ga op mijn bek, maak fouten en probeer daarvan te leren. Hoe moeilijk ik dat ook vind als perfectionist, maar ik ben nou eenmaal mens. En een mens maakt fouten.

Maar mag dat nog wel? We bewegen met zijn allen steeds meer tegenover elkaar en wijzen elkaar met harde hand op fouten. Of gaan recht tegenover elkaar staan met onze zienswijze, want dat is de enige juiste. En alles wat de ander denkt is slecht.

Overbeschermde kinderen

En ondertussen moeten onze eigen kinderen beschermd worden tegen van alles en nog wat. Er wordt voorkomen dat kinderen fouten maken en als ze het dan per ongeluk toch doen, worden ze online gestraft. Je mag ook niet meer veranderen, want je hebt het al fout gedaan, ook als dat in het verleden was.

De boodschap die we aan kinderen meegeven is dus: ik bescherm je en doe alles voor je. Maak maar geen fouten, want dat mag niet. Ik doe er alles aan om jouw fouten voor te zijn. Je weet nu ook nog niet welke fouten je later gemaakt blijkt te hebben, dus doe zo goed mogelijk je best om perfect te zijn.

Hier krijgen we hele bange of juist narcistische kinderen van. Een kind dat constant op zijn tellen past. Of juist alles doet wat hij of zij wil, want het maakt toch niet uit wat je doet. Je doet altijd wel iets fout.

Liefde, verbinding, zorg voor elkaar

Ik probeer de kinderen uit mijn klas mee te geven dat iedereen iets anders leuk kan vinden, in verschillende dingen goed kan zijn. En ik wil ze gewoon zo goed mogelijk taal en rekenen leren, zodat ze later zelf veel kunnen lezen en vooral nadenken. Zorgen voor elkaar en samen een groep vormen, met al onze verschillen.  Dus niet wijzen op elkaars fouten, maar elkaar helpen. Fouten maken mag, moet zelfs om van te kunnen leren. Geen oordelen vormen (of uiten, want we zijn mens en hebben al snel een oordeel klaar), maar vragen waarom iemand iets op die manier doet. Het gesprek aangaan in plaats van met mijn vinger wijzen. Met elkaar verbinden en in contact zijn.

Hopelijk veranderen we dan samen en worden we zacht naar elkaar in plaats van hard.