Door Suzanne. Programmeren is op veel scholen geen vast onderdeel van het lesaanbod. Maar met programmeren kunnen kinderen erg veel leren. Als er al iets aan programmeren wordt gedaan dan is dat vaak in de hogere klassen. Maar programmeren kun je ook gewoon met kleuters, heel simpel, met een kralenplank.
Programmeren op de kralenplank
Nu ik dit jaar weer bij de kleuters sta, wil ik graag wat meer met programmeren in de kleuterklas doen. Bijna iedereen kent inmiddels de Bee-Bot en de Blue-Bot en in veel kleuterklassen worden ze ingezet om het programmeren te oefenen.
Maar niet iedereen beschikt over de middelen om zoiets aan te schaffen en dat geldt helaas ook voor mij. Ik moest dus iets anders bedenken voor mijn kleuters.
Ik ging op onderzoek uit en vond een idee om te programmeren op de kralenplank.
Leuk, maar voor bijna alles moet je betalen. Dat kan ik zelf ook, dacht ik, en ik ging aan de slag. Met als resultaat drie oefeningen voor op de kralenplank die je onderaan dit blog kunt downloaden.
21st century skills
In de maatschappij van tegenwoordig draait het steeds meer om computers en ICT-vaardigheden. Kinderen moeten hierop voorbereid worden.
Het SLO heeft in samenwerking met Kennisnet een model gemaakt, met daarin 11 competenties die behoren tot de 21st century skills.
Programmeren is een onderdeel van computational thinking. Een middel om deze 21e eeuwse vaardigheid eigen te maken.
Programmeren met kralen
Om in de kleuterklas met programmeren aan de slag te gaan, heb ik drie verschillende oefeningen gemaakt.
Wij starten met het thema wonen, dus de oefeningen sluiten daar bij aan. Maar natuurlijk kun je ze ook bij andere thema’s gebruiken.
Hoe werkt het programmeren op de kralenplank?
Je geeft de leerling een kralenplank, het blad met de oefening erop en een strook karton als aanwijsstrook.
Op het blad staat een tabel met kleuren en cijfers. Het cijfer geeft het aantal kralen aan en de kleur is de kleur van de kralen die moet worden gebruikt.
Als het vakje geen kleur heeft, betekent dat dat je die spijkertjes leeg moet laten. De leerling telt dan eerst een aantal lege spijkertjes en begint dan met de kralen.
Als er een rijtje klaar is, schuif je de strook naar onder. Je kunt de leerlingen ook leren dat ze ook het aantal rijen onder elkaar kunnen tellen, maar dat was nog wat ingewikkeld vandaar dat ik de stroken gebruik.
Na afloop geef je ze de nakijkkaart en ze kunnen zelf hun werk vergelijken met het voorbeeld.
Wat vinden de kinderen ervan?
De kinderen zijn erg enthousiast! Al bij de eerste kraal beginnen ze met raden wat het zal gaan worden. Ze zijn geconcentreerd bezig met tellen en controleren of het nog klopt. Sommige leerlingen zien zelf al snel in dat ze verkeerd geteld hebben als de kralen ineens een vreemd patroon maken. Anderen komen er pas aan het einde achter dat het dak wel heel gek gaat. Een mooi proces om te volgen.
Download programmeren op de kralenplank
Download hier de oefeningen programmeren op de kralenplank.
