Bananenschillen op school review

Bananenschillen op school review

Elk mens heeft ze, mentale uitglijders, bananenschillen. Vanuit de wetenschap weten we dat ons brein soms gekke sluipweggetjes zoekt en ons voor de gek houdt. Daar gaat precies Bananenschillen op school over. Hoe we als leerkracht wel eens een verkeerde inschatting maken, oordelen hebben en beslissingen maken die niet per se het beste zijn voor de kinderen. Heel interessant om te lezen!

Het was alweer een tijdje geleden dat ik in Bananenschillen op school las. Dat komt, omdat Marald Mens, de auteur, je aanraadt om één bananenschil per keer te lezen, dan blijft het beter hangen. Het leent zich dus heel goed om even in te lezen en het boek dan weer weg te leggen. Het hoeft dus niet in één keer uit, beter van niet zelfs. Het leest wel makkelijk, dus had ik wel de neiging om snel verder te lezen, ik vind het brein heel interessant!

Bekijk het boek hier

Bananenschillen op school

Iedere dag  moet je als leerkracht veel beslissingen nemen. Daarbij ga je ervan uit dat je als professional kunt vertrouwen op je denken en je intuïtie. Maar uit het boek Bananenschillen op school blijkt dat dit niet altijd terecht is. We werken in een cognitief mijnenveld, dus uitglijders in ons denken liggen enorm op de loer. Vanuit de wetenschap is bekend dat ons brein soms eigenzinnige sluiproutes neemt en ons weleens voor de gek houdt. En dus nemen we ook wel eens verkeerde beslissingen of hebben we oordelen over kinderen.

In Bananenschillen op school leert neuropsycholoog Marald Mens je van alles over die mentale uitglijders. Je komt te weten hoe ze ontstaan, hoe ze onbewust ons denken en handelen sturen en wat de nadelige gevolgen daarvan kunnen zijn voor je leerlingen, hun ouders, of je collega’s. Het boek laat natuurlijk ook zien hoe je die uitglijders kunt voorkomen. Alle kennis die je opdoet wordt meteen vertaald in voorbeelden en tips voor de klas.

Bananenschillen op school

Over de schrijver

Marald Mens studeerde psychologie om uiteindelijk neuropsycholoog te worden. Maar na zijn afstuderen bleek dat hij ook graag leerkracht wilde zijn en deed zodoende de verkorte opleiding van de Pabo (net als ik). Hierna heeft hij met veel plezier voor de klas gestaan. Inmiddels combineert hij beide studies door lezingen en trainingen te geven rondom het lerende brein. Dit boek is ook het resultaat van beide studies.

Wat vind ik?

Wat een fijn boek is dit! Ik vind dat elke leerkracht dit zou moeten lezen, maar eigenlijk is het voor ieder mens goed om te leren hoe je brein werkt. Vooral de banenschillen, de uitglijders, lezen heel makkelijk. Het begin van het boek is wat taaier, daar gaat het over de werking van het brein. Mijn brein vind dat wat moeilijker om te onthouden, als die termen van de onderdelen van je hersenen bijvoorbeeld vergeet ik weer meteen. Maar het is wel goed uitgelegd, met meteen allerlei voorbeelden uit de praktijk. Daardoor pakt het je wel goed. Het is niet alleen fijn voor jezelf om je bewust te zijn van je uitglijders. Je leert ook kinderen beter begrijpen. Zij hebben natuurlijk ook uitglijers in hun denken! Of kunnen niet altijd de cognitieve informatie opslaan door vermoeidheid of gebeurtenissen thuis.

De illustraties en samenvatting zijn fijn en herkenbaar uit bijvoorbeeld het boek EDI 2.0.

Wat ik bijvoorbeeld een erg interessante bananenschil vind is die van het bevestigingsvooroordeel. Die zie je rond de Coronacrisis ook terug. Als we ergens een oordeel over hebben gevormd, zijn we onbewust geneigd om allerlei informatie te zoeken die dat oordeel bevestigd. Tegenstrijdigheden negeren we of maken we minder belangrijk. Zo klopt je oordeel altijd! Heel goed om hier vooral kritisch op te blijven dus. Zo hebben we ook allerlei neuromythen of onderwijsmythen geloofd. Ja, ook ik geloofde in leerstijlen (die bestaan dus niet).

Bekijk het boek hier

Er staan affiliate links in dit blog.