Door Aldri. In april vieren wij Koningsdag en het is dus een geschikte periode voor het thema Nederland bij de kleuters. Je vindt in dit blog allerlei materialen, zoals woordkaarten, een ganzenbord over Nederland, klankherkenning en een werk- en doeboekje met taal- en rekenactiviteiten in thema Nederland.
Tijdens het thema Nederland komen er allerlei woorden voorbij, die niet alle kinderen vanzelfsprekend kennen. Met behulp van de woordclusters in de downloads kun je de woorden aanbieden. Met de bijgevoegde woordkaarten kun je allerlei consolideer activiteiten doen. Een actieve en speelse verwerking van de aangeboden woorden voor de woordenschat kan met het ganzenbord over Nederland. Daarnaast heb ik nog een leuk werk- en doeboekje samengesteld met allerlei taal- en rekenactiviteiten. Wil je iets meer bewegen? Ga dan met de tulpjesrace aan de slag en oefen ondertussen eerste klank herkenning. Lees hier meer over het aanbieden van woordclusters.
WOORDCLUSTERS
Bied maximaal twee clusters per week aan. Vertel bij de woordparaplu’s en woordspin een semantisatie (leer het aan). Zorg dat de aangeboden woorden veelvuldig worden genoemd en uitgelegd. Bijvoorbeeld: De molen is hoog. De molen heeft wieken. De wieken van de molen draaien rond. In Nederland zijn veel molens. De woordclusters vind je in het bestand van de woordkaarten.
WOORDKAARTEN
Met de woordkaarten kun je allerlei consolideeractiviteiten (de woorden inoefenen) spelen bijvoorbeeld:
- Hang of leg in elke hoek van de ruimte een woordkaart. Geef een omschrijving van het woord en laat de kinderen naar de juiste woordkaart lopen.
- Mix en koppel. Knip de kaarten door midden. Geef alle kinderen een halve kaart Laat de kinderen door de ruimte lopen en op jouw signaal zoeken ze hun andere helft. Laat de kinderen het gevonden woord benoemen.
- Leg de kaarten naast elkaar en laat de kinderen de woorden benoemen. Draai de kaarten om. Weten ze nog welke kaarten er liggen?
- Welk woord is weg? Leg de kaarten naast elkaar en laat de kinderen de woorden benoemen. Draai de kaarten om en neem één kaart weg. Kunnen de kinderen benoemen welke woordkaart er mist?
GANZENBORD NEDERLAND
Je vindt het spel ganzenbord Nederland in het bestand van de woordenschat hierboven. Het spel speel je met maximaal vier kinderen tegelijk.
DOELEN
- herkennen van getalbeelden op de dobbelsteen
- herkennen en benoemen van de cijfersymbolen
- synchroon tellen
- woordenschat ontwikkeling
BENODIGDHEDEN
- Vier pionnen of gekleurde dopjes
- Een dobbelsteen
- Ganzenbord Nederland
SPELREGELS GANZENBORD
Het kind rolt de dobbelsteen en zet het juiste aantal passen vooruit. Het vakje waar het kind uitkomt, dient benoemd te worden. De extra spelregels staan hieronder en in de download. Degene die het eerste bij de koningin is, heeft gewonnen.
EXTRA SPELREGELS
- Kom je op een kroon of de dropjes, dan moet je via de pijl met de koets een vakje omhoog of omlaag.
- Kom je op de stroopwafels, dan ga je even smikkelen en smullen en moet je een beurt wachten.
(extra leuk natuurlijk om dan echte mini stroopwafeltjes te gebruiken)
WAT VINDEN DE KINDEREN?
De kinderen uit mijn klas vinden het heerlijk om spelletjes te spelen. Ik gebruik dit spel vaak als consolideeroefening tijdens de inloop of tijdens een woordenschat circuit.
TULPJESRACE
Dit spel kun je met de hele klas spelen.
DOELEN
- Het herkennen van de eerste klank in een woord
BENODOGDHEDEN
- De tulpenkaartjes en de steeltjes
- Materiaal om een parcours van te maken, zoals stapstenen, banken, hoepels o.i.d.
SPELUITLEG
Leg de steeltjes van de tulpen aan de ene kant van de ruimte en leg de tulpen aan de andere kant van de ruimte. Verdeel de groep in twee teams. Na het startsein vertrekken de eerste leerlingen. Zij pakken een tulpje. Laat de kinderen via het parcours de tulpen naar het juiste steeltje brengen. Het spel is uit als alle tulpen bij het juiste steeltje liggen. De groep met de meeste complete tulpen heeft gewonnen.
WAT VINDEN DE KINDEREN?
Dit is een fijne activiteit om de kinderen lekker te laten bewegen en ondertussen klanken te oefenen. Alle kinderen zijn actief betrokken en staan ‘aan’. De kinderen worden erg blij als ik vertel dat we weer gaan bewegend leren.
WERK- EN DOEBOEKJE NEDERLAND
Dit werkboekje bestaat uit 25 pagina’s en staat boordevol afwisselende opdrachten met betrekking tot rekenen en taal. Er is afwisseling in wat makkelijkere en moeilijkere bladen. Ook is er afwisseling in werkvormen. Zo zijn er opdrachten die rustig aan tafel uitgevoerd kunnen worden, maar ook opdrachten waarbij kinderen dropjes moeten wegen of op zoek moeten naar de kleuren van de Nederlandse vlag.
Er komt o.a. aan de orde:
- Ruimtelijke oriëntatie
- Letters en woorden tellen
- Programmeren
- Kleuren op code cijfers en letters
- Meten en wegen
- Woorden in klankgroepen verdelen:
Het verdelen van woorden in syllaben (klankgroepen) is bij ons op school nog wel een onderdeel van de leerlijn fonologisch bewustzijn, op het regulier onderwijs kun je dit beter niet doen, zoals te lezen is in het blog Hoeveel klappen is dit woord? Ik (Aldri) werk op een cluster 2 school, waarbij het belangrijk is dat onze TOS leerlingen de woorden juist leren uitspreken en zich bewust worden van de verschillende- of juist dezelfde structuren van woorden. Het woorden klappen, springen, stuiten of gooien komt in allerlei variaties voor en help de kinderen de woorden goed te onthouden en uit te spreken.